Broome – Windjana Gorge
Dag 14
Wederom om 5.30 uur opgestaan en de rest ingepakt en opgeruimd en na het ontbijt Murray nog even geholpen met de afwas enz.
Om een uur of halfzeven was Larry er al met de bus waar we mee verder zouden gaan, zo’n grote fourwheeldrive. Murray had nog een speciaal afscheid van zijn bus voor ons in petto, het kreng aanduwen want de accu was leeg! Daar na hebben we afscheid van Murray genomen, ik vind dat we het enorm met hem getroffen hebben, hij deed alles voor ons.
Het gezelschap bestond inclusief Larry uit 15 personen, zijn Duitse vriendin Sabine, Sabine, Martina, Ursula en Urs uit Zwitserland, Karen uit Denemarken, Mandy, Emily, Andrew en Diana uit Australië, Klaus uit Oostenrijk, Danielle uit Italië en Agnes en ik.
De bus zat bijna vol en het is behoorlijk krap plus dat wij natuurlijk erg verwend geraakt waren in een half lege bus waarin we alle ruimte hadden.
Onderweg zijn we op de Willare Bridge uitgestapt en zijn deze brug over de Fitzroy River lopend overgestoken. Daarna zijn we bij Willare Roadhouse gestopt voor koffie enz. De volgende stop was bij de Derby Prison Boab Tree, deze enorme baobab boom is ooit als gevangenis gebruikt, de omtrek is veertien meter en de boom is meer dan duizend jaar oud. En vervolgens zijn we naar Derby gereden waar we een wandelingetje op de jetty hebben gemaakt, het getijdeverschil is hier 13 meter, schepen liggen niet aan maar worden met vletten bevoorraad.
Derby is ook zo’n klein stadje waar eigenlijk niks te beleven valt maar we konden er onze laatste inkopen doen en we hebben er ook geluncht.
Daarna begon het echt en zijn we aan de Gibb River Road begonnen, voor mij de tweede keer dus, nu vanaf de andere kant.
Al de wattle bomen, mimosa, stonden nu in bloei en dat was een prachtig gezicht. Het was hier vrij vlak, de Fitzroy Floodplains, met veel rood zand, bomen en struiken. Je zag hier ook veel baobabs, prachtig zijn ze. Al vrij snel doemden de Napier Downs op, hele aparte vrij hoge rotsformaties, miljoenen jaren geleden was dit een koraalrif. Hier zijn we afgeslagen naar het Windjana Gorge NP en Tunnel Creek.
Na alles in het kamp uitgeladen te hebben zijn we naar Tunnel Creek gereden dat was nog ongeveer 60 kilometer rijden en dat gaat hard, Murray wist het gaspedaal goed te vinden maar Larry kon er ook wat van!
Tunnel Creek was fantastisch, de kreek loopt onder de rotsen door, een tunnel van ongeveer 750 meter waar in de droge tijd niet veel water in staat. Om er in te komen is niet makkelijk maar de wandeling er doorheen is super! Deels waad je door het water en deels loop je over zand en rotblokken, op zich is het een makkelijke wandeling als je maar goede sandalen aan hebt en een zaklamp hebt en die had ik de vorige keer niet, het is er namelijk pikdonker behalve in het midden van de tunnel waar een gat in het plafond zit. Daar en aan het eind zie je dus allemaal prachtige planten en bomen, paradijselijk! Een aantal van ons hebben even heerlijk gezwommen in de billabong aan het einde, de meesten vonden het te koud, wij niet aangezien we inmiddels wel wat gewend waren!
Daarna zijn we naar het kamp terug gereden, hebben we de tenten opgezet (die van ons stortte in de nacht in, we kregen een nieuwe) en hebben we gegeten.
De organisatie in het kamp was bij Larry een stuk strakker maar alles went, hij had echt een eigen systeem. Hij was een prima vent en een echt bush mens waar hij dan ook heel veel van weet. ‘s Avonds heeft hij ons nog meegenomen naar Windjana Gorge en dat was FANTASTISCH! We zagen krokodillen zwemmen, de heldere lucht met alle sterren en bijna volle maan, de hoge rotswanden en het verhaal over Jandamarra, echt super!
Inmiddels wist ik het Southern Cross, sterren, ook te vinden, daar wist Murray net als Larry heel veel over te vertellen.
Windjana Gorge – Mount Barnett
Dag 15
Wederom om 5.30 uur opgestaan en om 7 uur zijn we in Windjana Gorge gaan wandelen. Dit mochten we op onszelf doen omdat je daar niet kunt verdwalen en dus had ik de gelegenheid om zoveel foto’s te maken en te filmen als ik wilde. Dit is een van de mooiste plekken die ik ooit gezien heb, loodrechte wanden, zeer grillig gevormd en prachtig van kleur, prachtige bomen en planten, kaketoes en krokodillen, freshies en die zijn niet gevaarlijk voor mensen. Ze lagen te zonnen, ze moeten opwarmen, en ik kon zo’n beetje een pasfoto maken, onwijs te gek!
Om 9 uur zijn we vertrokken en naar de Gibb River Road terug gereden. Al kwamen we in de King Leopold Ranges terecht, heel oud afgesleten gebergte, er groeit spinifex plus tamelijk veel andere bomen en planten, er zijn termietenheuvels en veel rotsblokken en het is er heet en heel erg desolaat, pure wildernis!
Rond een uur of een waren we op onze kampeerplek bij Mount Barnett. Na de lunch zijn we aan de lange wandeling naar de Manning Gorge begonnen, het was prachtig maar erg heet. Manning Gorge was echt de moeite waard, wat een paradijs! Om 4 uur zijn we kalmaan terug gegaan, het was een lange maar fantastische wandeling over de rotsen.
Mount Barnett – King Edward River
Dag 16
Wederom heel vroeg opgestaan, je leeft hier bij het daglicht, daar moet je volop gebruik van maken en aangezien het vroeg donker is moet je zo vroeg mogelijk op, het ritme wordt gewoon anders.
Om een uur of 7 zijn we weer vertrokken en zijn over de Gibb River Road naar de kruising naar Kalamburu gereden, kon niet missen want veel kruisingen zijn er niet! We hadden een korte stop bij de Gibb River en later bij Drysdale Station, een enorme veeboerderij met kampeerfaciliteiten, tankstation enz. Hier konden we nog wat voor de komende twee dagen kopen. En we konden hier nog naar een normaal toilet, de komende twee dagen bestond ons toilet uit een schop waarmee je een gat kunt graven, behoefte plus papier er in, gat dichtgooien en that’s it. De uitleg was tamelijk hilarisch maar wij kenden ‘m al van Murray.
Vervolgens zijn we naar onze bestemming gereden, het kamp aan de King Edward River in the middle of nowhere. Het was daar echt tropisch, veel soorten bomen en ook veel palmen, tropische planten en natuurlijk spinifex.
Bij de rivier was het echt paradijselijk! Zo gaaf palmen, paperbarks (geen idee hoe ze in het Nederlands heten), pandanusbomen en nog veel meer en daar tussenin zwommen we, SUPER!
We hadden hier een vrije middag en een betere plek was er gewoon niet! In de wildernis kamperen, een kampvuur, een eigen tropisch zwembad en voornamelijk leuke mensen.
Het was overigens wel grappig, Klaus vroeg aan Larry of de verhouding mannen en vrouwen altijd zo was, drie om elf, het antwoord van Larry die niet anders dan echt heel erg plat Aussi spreekt: “You’re just lucky mate”. Het klonk zo grappig!
King Edward River
Dag 17
Als altijd weer vroeg opgestaan en na het ontbijt vertrokken voor de laatste 80 kilometer naar het Mitchell Plateau waar de Mitchell Falls zijn, cascade watervallen, vier watervallen onder elkaar die elk in een poel uitkomen.
Volgens mij waren al m’n inwendige organen inmiddels verplaatst! Echt fourwheeldriven en enorm hobbelen maar zo gaaf! Echt super zo’n rit door de wildernis! Op en neer in een zeer afgelegen gebied waar veel palmen en andere bomen groeiden, het was erg bergachtig, oud afgesleten gebergte. Het was rotsachtig en desolaat en erg heet!
De wandeling naar de Mitchell Falls is best te doen maar ik was nogal verkouden en Larry vond het wel verstandig als ik een luxe taxirit zou nemen, dat is dus met een helikopter! Zo kon ik ook de foto’s en de film maken die ik wilde maken.
De helicoptervluchten waren echt helemaal fantastisch! Wat is dat schitterend om te doen in zo’n ding zonder deuren. Het uitzicht is fabelachtig en het mooiste is het als hij lekker scheef gaat hangen! Het was echt elke dollar waard.
De Mitchell Falls en de poelen waren schitterend om zo te zien. Bovenin kun je heerlijk in een poel zwemmen, zo hoog komen salties (gevaarlijke zoutwater crocs) niet, die lusten namelijk wel mensen!
Een groot deel van de groep ging ook met de helicopter terug, totaal 9 mensen in 2 helicopters, een met 3 en een met 6 plekken. Heen was ik helemaal alleen met de piloot en zat ik voorin, te gek! Terug zat ik in dezelfde 3 persoons helicopter en zat ik aan de zijkant bij een open deur, nog mooier! Daarna zijn we weer terug gehobbeld. We zijn vlakbij het kamp nog gestopt bij een hele heilige plek voor de Aboriginals met rotstekeningen, heel indrukwekkend als je de verhalen die er bijhoren hoort en Larry kent ze allemaal denk ik, hij heeft ook in een Aboriginal community gewerkt.
‘s Avonds was het heel gezellig rond het kampvuur en we hadden weer een damper toe, zalig!
King Edward River – Home Valley Station
Dag 18
Om halfzes waren we weer op! We hebben een heel eind gereden, moest wel want het eten raakte op dus zouden we de volgende dag al naar Kununurra gaan.
We zijn op Drysdale Station en op Ellenbrae Station gestopt en hadden nog een hele korte stop bij hele oude Aboriginal rotstekeningen. Verder deze dag voornamelijk gehobbeld, de Gibb River Road was nu veel slechter dan twee jaar geleden. Het landschap bleef indrukwekkend, heuvels, afgesleten bergen, rode rotsen, bomen, spinifex, een knalblauwe lucht, rood zand, die kleuren zijn gewoon fantastisch, ik ben helemaal weg van dit gebied en zal er ook zeker weer terugkeren.
We zijn bij Home Valley Station gestopt, deze ligt aan de Pentecost River die dus vol zit met salties, niet zwemmen dus! Hier was een simpele maar leuke camping MET douches, heet water uit een ton waaronder een vuur brandt! Heerlijk om weer eens schoon te zijn, voor zolang als het duurde dus! ‘s Avonds was het heel gezellig rond het kampvuur, met een klein groepje hadden we heel veel lol!
Home Valley Station – Kununurra
Dag 19
Het was een heerlijke warme morgen, meestal was het zo vroeg in de morgen koud, nu was het heerlijk! Na het ontbijt zijn we vertrokken en vrijwel direct gestopt er lag namelijk een slang op te warmen in het zonnetje en wel op de dirttrack dus. Larry pakte hem zo op en liet ‘m zien en vertelde er ook veel over. Die gasten hebben blijkbaar allemaal wat met slangen, Murray vond ze ook al machtig. Ze hebben een mooi velletje hoor maar ik vind het helemaal niet erg als ik ze niet zie. We kregen het advies om zelf nooit een wilde slang op te pakken, ik had dus echt geen plannen in die richting! Maar ik heb wel een gaaf stukkie film want toevallig had ik net de videocamera in de aanslag toen Larry dat beest oppakte!
Daarna passeerden we al heel snel de Pentecost River die vergeven is van de zoutwater krokodillen, je ziet ze niet maar ze zijn er wel! Machtig dat fourwheeldriven in zo’n rivier.
Om halfnegen waren we bij Zebedee Springs waar we een uur de tijd hadden om in de warme poelen te badderen! Die poelen bevinden zich in een soort oase met Livingstone palmen, die zijn heel hoog, heel mooi! Ik wist dat al want ik was er al eens geweest. En dat in een bergachtige omgeving met kale rotsen en bergen, wat bomen en spinifex, heel ruig, heel mooi!
Vervolgens een korte rit naar El Questro om de wandeling naar Emma Gorge te maken die ik niet gedaan heb, stijl en glad is geen goede combinatie voor mij. Sabine, Urs en ik hebben gezellig samen koffie gedronken en heel gezellig gekletst!
Na de lunch zijn we weer vertrokken en na nog een stukje Gibb River Road kwamen we weer op de hoofdweg uit, wat een rust! Wel even lekker niet hobbelen dus!
Om twee uur waren we in Kununurra waar we op een camping ons kamp hebben opgeslagen, vervolgens even het plaatsje ingegaan om boodschappen te doen.
Een lekkere barbecue als avondmaal, heerlijk, alleen helaas geen kampvuur dat mocht daar niet.
Kununurra – Purnululu National Park
Dag 20
Als altijd waren we weer vroeg op. We hebben eerst nog koffie gedronken in het winkelcentrum van Kununurra, daarna nog getankt en zodoende waren we om halfnegen pas onderweg.
De rit naar de afslag naar Purnululu NP is echt prachtig, we kwamen door een bergachtig gebied, grotendeels rood van kleur, grillig en bedekt met spinifex, bomen en struiken. Het blijven steeds die kleuren die blijven boeien.
En toen kwam de afslag naar Mabel Downs en Purnululu NP. Mabel Downs is een enorm veestation waar de weg, nou ja track, naar Purnululu doorheen loopt. Twee jaar geleden heb ik gezegd dat de mooiste 50 kilometer waren die ik ooit gereden heb en dat zijn het nog! Dit is heel moeilijk te beschrijven, je moet het gewoon zien! Al heel snel wordt het bergachtig met spinifex, grillige bomen en struiken, afgesleten lage bergen, prachtig rood van kleur, kreekjes met en zonder water en rond die kreekjes groeien de mooiste planten. De weg gaat constant op en neer en is erg bochtig plus nog eens verschrikkelijk slecht, het is fourwheeldriven hier en enorm hobbelen maar echt SUPER mooi! En voorin de truck zat ik eerste rang, machtig!
We hebben ons kamp opgeslagen op de Kurrajong campsite, hier was gelukkig een bushtoilet wat toch wel heel prettig is.
Purnululu National Park
Dag 21
We hoefden niet op te ruimen en dus konden we lekker vroeg op pad, moest ook want het zou een drukke dag worden.
We zijn eerst naar het noordelijke deel van het enorme nationale park gereden naar de beehives ofwel de domes, het beroemdste deel van het nationale park. Onderweg hadden we een fotostop op een plek waar we er een fantastisch uitzicht op hadden. Het zijn bergjes van zandsteen in de vorm van bijenkorven, heel erg mooi en apart. Onze wandeling naar Cathedral Gorge en Picanninny Creek liep tussen deze beehives door, zo mooi, ze zijn ook prachtig gestreept rood en donkergrijs. Naar Cathedral Gorge toe wordt de toegang al smaller, de wanden zijn hoog en dat is zo indrukwekkend. Cathedral Gorge zelf is ook heel indrukwekkend, het is een hele belangrijke plek voor de Aboriginals. Dit is niet te fotograferen, te filmen of te beschrijven, je moet het ervaren.
Larry wist echt zoveel over de Aboriginals en de natuur te vertellen, echt heel gaaf. Hij stopte niet er op te wijzen dat je respect moet tonen voor hun heilige plekken en dat vind ik heel goed.
Daarna zijn we de droogstaande Picaninny Creek een stukje ingelopen, ook tussen de beehives, zo enorm mooi.
Na deze supermooie wandeling, in een heerlijk tempo, zijn we naar het vliegveldje gereden. Acht van ons deden de helicopter rondvlucht over het nationale park zodat we daar een paar uur waren, de rondvlucht duurde een halfuur. Diana en ik waren de laatsten. De rondvlucht was AWESOME (ander woord voor absoluut fantastisch). Het is zo mooi, je ziet alle kloven, beehives, kreken enz. De deuren zijn gewoon open dus het uitzicht wordt nergens door belemmerd, echt kicken!
Vervolgens zijn we naar het zuidelijke eind van het park gereden, over ruige tracks, om de wandeling naar en in Echidna Chasm te maken. Het was wel leuk twee jaar terug hadden we deze in de vroege morgen en de andere in de namiddag, nu andersom dus. De wandeling naar Echidna Chasm loopt door een kreek die droog staat tussen oranje bergwanden van zandsteen. Echidna Chasm is een smalle kloof tussen deze bergwanden, heel donker, heel mooi ook. Als je je armen spreid raak je beide wanden. Op sommige plekken is de gang door rotsblokken versperd waar je opgetrokken moet worden. Naar het einde toe was het grootste obstakel, tot Larry’s grote leedwezen nu voorzien van een ladder! Ook dit was een supermooie wandeling. Toen we uit de kloof kwamen waren de bergwanden diep oranje gekleurd doordat de ondergaande zon er op scheen. Ik weet het zeker, ik kom hier terug! JE MOET DIT ZIEN, VOELEN, BELEVEN!
Terug in het kamp waren we bekaf na een perfecte dag!
Purnululu National Park – Kununurra
Dag 22
Mazzel ik mocht weer voorin zitten tijdens deze machtige rit terug naar de bewoonde wereld. Het was zo onbeschrijfelijk mooi. We zijn dezelfde route als twee dagen eerder gereden, terug naar Kununurra waar we om een uur of een waren.
In Kununurra vond een wisseling van gids plaats, Andrew de nieuwe gids voor twee dagen was ook heel aardig. Er waren diverse redenen dat Larry plaats maakte voor Andrew, we hebben een fantastische tijd met hem gehad. Ik heb het overigens nooit eens kunnen zijn met die redenen die aangevoerd werden door een aantal verwende mede reizigers,
‘s Middags waren we vrij en hebben we gewinkeld en gewandeld in Kununurra, een leuk plaatsje temidden van de landerijen waar heel veel gekweekt wordt. Dit is mogelijk door de bevloeiing vanuit Lake Argyle, het is namelijk woestijnland.
Kununurra – Victoria River
Dag 23
We zijn eerst naar Lake Argyle gereden, dit is een enorm stuwmeer. Hierdoor kan er in de omgeving van Kununurra ondanks dat het midden in de woestijn ligt heel veel groente, fruit e.d. gekweekt worden, door irrigatie dus. Het is een vreemd gezicht zo’n groene oase middenin de dorre omgeving.
We zijn ook naar Argyle Downs, of Argyle Homestead, geweest, dit is een oud veestation dat bij de aanleg van Lake Argyle verplaatst is, de rest is allemaal verdronken om het zo maar te zeggen.
Om tien uur waren we bij de grens tussen Western Australia en het Northern Territory en dus moest de klok anderhalf uur vooruit.
Via de hoofdweg, highway 1, zijn we naar Victoria River gereden met een korte stop in Timber Creek. Onderweg hebben we nog een mooie wandeling naar een uitzichtspunt gemaakt. Het uitzicht op de Victoria River en omliggende rotsen enz. was prachtig.
De hele rit was erg mooi, al erg bekend voor mij, het was de derde keer dat ik hier langs kwam. Het was bergachtig, deels erg dor maar langs de Victoria River erg groen, er groeiden vele soorten bomen en struiken en diversen stonden in bloei zoals de kapokboom met prachtige gele bloemen. Hier kwamen ook nog baobabs voor, later niet meer, ze groeien maar in een beperkt gebied in het noorden, met name in de Kimberley.
‘s Avonds was het gezellig rond het kampvuur, het laatste kamp al, de tijd was werkelijk omgevlogen!
Victoria River – Darwin
Dag 24
De laatste dag van een fantastische tour. Om halfnegen waren we pas onderweg, wel wat laat, we waren het een stuk vroeger gewend! We zijn eerst naar Katherine gereden waar we getankt hebben. Vervolgens zijn we richting Darwin gegaan. Om 12 uur zijn we gestopt en hebben de wandeling naar Edith Falls gemaakt, wel heet maar het ging lekker kalmaan en dan is het prima te doen. Daar hebben we zalig gezwommen in het super heldere water en onder de waterval, dat is dus echt heel erg verschrikkelijk gaaf!!!!! Daarna rustig terug gewandeld maar direct weer hartstikke warm, gelukkig stond er wel een lekker windje, anders was het helemaal niet uit te houden denk ik.
Daarna hebben we uitgebreid geluncht en om drie uur zijn we weer vertrokken om vervolgens om halfzeven in Darwin aan te komen, van de omgeving heb ik eerlijk gezegd niet veel gezien want de meeste tijd heb ik zitten slapen, echt helemaal af!
In het hotel had ik een prachtige kamer, wel erg decadent hoor na drie weken een slaapmatje in een klein tentje had ik nu een kamer met twee tweepersoons bedden, een badkamer, tv, koelkast en nog een perfect uitzicht ook! Ik kende dit Mirambeena Resort al, een perfect en betaalbaar hotel!
Om half acht zijn we al gaan eten bij de Magic Wok, hier kon je allerlei soorten vlees uitzoeken, van krokodil tot kameel, en ook groenten en dat wordt in een wok voor je klaargemaakt, je mag zoveel keer halen als je wilt, heel erg lekker. Van een aantal in de groep hebben we afscheid genomen want die gingen dezelfde nacht al weg, de rest zagen we de volgende dag nog, al met al was het heel gezellig.
Darwin
Extraatje!
Goh dat was lekker, een echt bed na drie weken een slaapmatje! Heerlijk geslapen dus!
Na een dag rommelen, wat winkelen en relaxen werden we om vijf uur weer door Andrew opgehaald. Een deel van de groep ging nog barbecuen, er was namelijk nog zoveel vlees en ander eten over, zonde om weg te gooien vond hij en dus had hij een extra bbq georganiseerd, erg leuk en gratis en backpackers hoef je dat geen twee keer te zeggen!
Daarna hebben we afscheid van hem genomen, hij had ons bij de Mindil Market afgezet, en zijn we de markt opgegaan. De Mindil sunset market is dus een avondmarkt, een soort hippiemarkt, heel erg geinig. Er zijn ook heel veel eetttentjes, o.a. jawel de poffertjes winkel! Heette echt zo, ze konden het alleen zelf nauwelijks uitspreken maar de poffertjes waren heerlijk! Verder werden er allemaal sierraden, kleding en nog veel meer verkocht, hartstikke geinig en goedkoop!
Maar dit was dus echt het einde van een meer dan fantastische Westcoast Explorer!